Sinds de jaren ’80 is het arsenaal aan meetinstrumenten voor nader onderzoek bij bomen fors toegenomen. Het gros van de meetinstrumenten is bedoeld om de kwaliteit van het hout en/of de restwanddikte bij een gebrek in de stam te bepalen, nadat er bij VTA-controle twijfels zijn gerezen over de breukvastheid of stabiliteit van een boom. In de praktijk komt het nogal eens voor dat bomen na een nader onderzoek ten onrechte als breukgevaarlijk of instabiel worden beoordeeld. Bij velling blijkt dan dat het vermoede gebrek niet of niet in de aangenomen omvang aanwezig is. Op deze manier komen regelmatig (monumentale) bomen vroegtijdig aan hun einde. Waar kan de boombeheerder op letten om dit te voorkomen? Terra Nostra zet het één en ander voor u op een rij.